Eet de flexitariër soms een broodje aap?

Flexitariërs eten bijna evenveel vlees als de gemiddelde Nederlander

Say what? Ja, deze conclusie kunnen we trekken uit een onderzoek van I&O research uit 2019. Een verwarrende uitspraak, want flexitariërs eten toch juist minder vlees?

De definitie van de flexitariër

Om te onderzoeken hoe zo’n uitspraak tot stand komt is het belangrijk om allereerst het begrip flexitariër te verduidelijken. Stichting Natuur en Milieu stelt dat je flexitariër bent als je minstens 1 dag per week geen vlees, vis of vleeswaren eet. Bij het Voedingscentrum zijn ze ietsje strenger, zij stellen dat flexitariërs drie of meer dagen per week geen vlees (maar wel vis) eten bij de warme maaltijd of tussendoor. En als laatste, volgens de Vereniging voor Nederlandstalige Terminologie zijn flexitariërs mensen die overwegend vegetarisch eten, maar af en toe ook een stukje vlees lusten. De term flexitariër is blijkbaar een niet goed afgebakende term, want de verschillen qua definities lopen enorm uiteen. In het onderzoek van I&O research is de meest ‘milde’ definitie gebruikt (mensen die één of meerdere dagen per week geen vlees eten). I&O stelt daarbij dat 42% van de Nederlanders flexitariër is.

Verschillende type flexitariërs

Wat zijn eigenlijk de motivaties om flexitariër te worden? Het milieu speelt de voornaamste rol. Een goede motivatie, want uit onderzoek van het Planbureau van de Leefomgeving blijkt namelijk dat als alle inwoners van de Europese Unie de helft minder vlees, zuivel en eieren zouden eten, de uitstoot van broeikasgassen met 25-40% van de landbouw gerelateerde emissies daalt. Ook dierenwelzijn en gezondheid worden als redenen genoemd om regelmatiger vlees te laten staan. 

Maar als de motivaties en intenties om minder vlees te eten goed zijn, hoe kan het onderzoek van I&O dan stellen dat flexitariërs alsnog evenveel vlees eten als de gemiddelde Nederlander?

Sluipvlees en grotere porties

Een verklaring hiervoor zou het zogenaamde ‘sluipvlees’ kunnen zijn. Flexitariërs kunnen namelijk wel bij het avondeten geen of minder vlees eten, maar hun andere maaltijden over het hoofd zien. Een plakje kipfilet op brood hier, een bitterbal daar. Sluipvlees omschrijft eigenlijk het soort vlees waar we ons niet bewust van zijn dat we het eten. Een derde van ons vlees eten we namelijk op andere momenten dan tijdens het avondmaal.

Sluipvlees omschrijft het soort vlees waarvan we ons niet bewust zijn dat we het eten.

Een andere mogelijke reden waarom flexitariërs evenveel vlees eten, kan te maken hebben met buiten de deur eten. Want ook al letten flexitariërs op hun vlees inname thuis, in de horeca zijn de porties vlees gemiddeld 2 keer zo groot als thuis. Een beetje flexitariër heeft zijn vega-dag al tenietgedaan bij één etentje buiten de deur (als hij daar vlees bestelt natuurlijk). Ook in andere bronnen zien we dat in Nederland meer vleesvervangers én meer vlees gegeten wordt.

Veel geschreeuw en weinig wol

Als we het onderzoek van I&O research goed induiken zien we iets opmerkelijks. Zij hebben het namelijk over hoogopgeleide flexitariërs. Hoogopgeleiden noemen zichzelf vaker flexitariër (49%) dan lager opgeleiden (40%). Frappant is alleen dat bij een andere vraag (‘hoeveel gram vlees eet u gemiddeld per week’) naar boven kwam dat hoogopgeleiden 562 gram per week vlees aten. En dat is bijna evenveel als de 569 gram van de gemiddelde Nederlander! Vandaar dus de uitspraak ‘flexitariërs eten bijna evenveel vlees als de gemiddelde Nederlander’. Neem hoogopgeleide flexitariërs die trots vertellen over hun bewust eetgedrag dus met een korreltje zout.

Zijn flexitariërs dan slecht bezig? Helemaal niet, het is goed om bewust te kijken naar je eigen gedrag en dat te veranderen. Ook kan een flexitariër natuurlijk wel invloed hebben door met zijn omgeving te bespreken waarom hij minder vlees eet. Maar om onze CO2-footprint écht te verlagen moeten ook flexitariërs nog eens kritisch kijken naar wat, en vooral hoeveel, ze op hun bord hebben liggen. 

Wil je ook je CO2-footprint verkleinen, doe dan mee met de Nationale week zonder vlees en laat je verrassen door de mogelijkheden. Wat voor mij goed werkte: maak van de gerechten die je thuis het vaakst maakt eens een vegetarische variant. Vervang het gehakt in je pastasaus door vega-gehakt, vervang de kip in je wokgerecht door vega-kipstukjes en probeer eens een vegetarische gehaktbal bij de stamppot. Op die manier kun je makkelijk en geleidelijk minder vlees eten en zo bijdragen aan een duurzame wereld. Succes en eet smakelijk! En ik ben altijd bereid om nog tips en inspiratie te delen!

Relevante artikelen:

Bronnen: